De hazelaar is de boom waar de hazelnoten aan groeien. Het is een kleine struikachtig boom die oorspronkelijk in heel Europa en dus ook in Nederland voorkomt. Deze boom geeft in het najaar heerlijke, gezonde hazelnoten.
Vanuit de grond en soms ook uit de stam groeien er verscheidene rechte lange takken omhoog. De bladeren van de hazelaar zijn eivormig-rond en de rand is gezaagd. De bladeren hebben een spitse punt. In de winter en het voorjaar zijn de katjes van de hazelaar herkenbaar. De bladeren gaan pas groeien als de bloeiperiode voorbij is.
De hazelaar heeft een mannelijke en vrouwelijke bloeimanier. De mannelijke en vrouwelijke katjes bevinden zich aan dezelfde struik. De mannelijke katjes zijn lange sliertjes tot wel 12 centimeter. Als ze rijp zijn geven ze pollen (stuifmeel) af aan de lucht. De vrouwelijke katjes (knopjes) zijn heel klein, 5 millimeter ongeveer. Je vindt ze in groepjes van 3 of 4 rode bloempjes in de oksels van de bladeren. Als ze bloeien zie je rode stijlen met stempels. De vrouwelijke bevruchtte bloempje geven de hazelnoten.
Een interessant weetje met betrekking tot de hazelaar is zijn verbond met de gaai. De gaai is een vogel met mooie kleuren zo groot als een duif of ekster. De gaai verzamelt vaak hazelnoten maar ook bijvoorbeeld eikels en stopt deze in de grond. Als er een tekort is aan voedsel is zoekt de gaai de noten weer op om te kunnen eten. Soms vergeet een gaai waar de noten zijn verstopt of heeft hij de verstopte noten niet nodig waardoor de ze in de grond blijven. Op deze manier vindt er verspreiding van de hazelaar plaats, ook kilometers verderop. Het hout van de hazelaar wordt vaak gebruikt voor vlechtwerk maar vroeger ook voor wichelroeden! Weet jij wat een wichelroede is?
Gebruikte bronnen: